Ishma.

 

Toen hij uitstapte, aarzelend, alsof hij met zijn voeten wilden voe­len of de bodem hier wel veilig was, wist ze het al, de mannelijke uit­voering van Hesta, ook iemand die graag uitdagingen zocht. Een ver­woed hanger boven afgronden en aan steile hellingen hadden ze haar verteld en lid van een broederschap ergens in de bergen op wat zij hun horst noemden. Daardoor lichamelijk meer dan goed ontwikkeld. Maar geestelijk mocht hij er ook zijn, volgens Estrice. En dat was te danken aan de man die daar de leiding had. Niet onintelligent die Burton, en on­gewoon goed op de hoogte van wat Estrice deed, had ze ook begrepen. Ze hadden hem uitgenodigd om meer te vernemen van die toch wel bijzondere kweek van niet onaantrekkelijke mannen daar in die bergen. En inderdaad, zo op het eerste gezicht oogde hij al van het slag dat je niet veel ontmoette. Hij gedroeg zich hoffelijk, en nieuws­gierig gezien zijn almaar speurend rondkijken. Toen haar bulkatten zich ook al zo gemakkelijk door hem lieten behagen had ze hen tot de orde geroepen zodat hun spinnen even overging in onheilspellend grom­men. Even zag ze hem verstarren, maar met iets van een glimlach in zijn ogen. Hij had geleerd zich te beheersen en niet aan te stellen. An­dere mannen reageerden meestal met verontwaardigde kreten en weken op z’n minst terug. Maar bij hem geen spoortje angst. Zonder meer een zeldzaam exemplaar. Was deze man hier om zich te laten koesteren en verwennen, vroeg ze zich wel meteen af? Maar het kon ook zijn dat hij Estrice en Hesta had ondervonden als een bijzondere soort en nieuwsgierig was naar het roedel dat ze kweekte?

Zijn metgezel toen, Ker­vin, wat ouder en geestelijk ook al zo bij de hand, had niet kunnen of willen komen. Jammer, want volgens Hesta deelde hij haar hobby, speuren naar de geheimen van het oostelijk natuurpark en had ze daarover graag met hem willen napraten. Deze Burton miste die inte­resse, had die barre wildernis maar saai gevonden. Hij leek haar veel meer iemand die zich graag liet leiden en beleren. Daarom mogelijk zijn belangstelling voor wat Estrice deed. Vooral met haar had hij nogal wat afgebabbeld. Heel vroeger zo’n ideale echtgenoot, bedacht ze met een gevoel van vertedering. Kon een leuke ontmoeting worden. Een in alle opzichten mooie man, goed afgericht op zijn roeping en niet benauwd voor een goed gesprek. Ook zij zou hem van alles kun­nen bijbrengen, bedacht ze. Logisch dat ze hem hadden uitgenodigd en spijtig dat die ander het liet afweten. Iemand mogelijk voor later.

 

Ishma was de onbetwiste en graag geaccepteerde be­heerder van hun roedel. Als tiener al royaal geërfd kon ze het werken aan anderen overla­ten en zich van jongs af concentreren op persoonlijke interesses. Opgevoed met waarheden van een religieus bevlogen nest wilde ze die zelf onderzoeken. Daarom koos ze na de basis voor fundamentele natuurkunde met als bijvak wiskunde. Deze wetenschappen hadden de wereld in steeds meer raadsels ontleed die op antwoord wachtten. Om de wortels van de haar opgediende vanzelfsprekendheden te kennen deed ze daarna geschiedenis. Tijdens haar studie merkte ze meer praktisch creatief dan theoretisch speurend ingesteld te zijn en dat bijstelling van haar levensplan was gewenst. Dat nadat ze Hesta had ontmoet, die zich toen specialiseerde op de ontplooiing van het persoon­lijk unieke binnen het geconsolideerde. Zij bracht haar op het idee het te zoeken in de kunstnijverheid. Haar creatief zoekende originaliteit sloot daar mooi op aan, vond ze, mede gezien haar inventieve instelling. Na een cursus ‘praktische empathie in de kunst’ sloot ze haar opleiding af met een stage bij een beeldhouwer om ook haar wiskundige kennis van lijnen, vlakken en ruim­ten te kunnen benutten. Daar leerde ze haar handen laten doen wat ze haar brein bedacht, leerde ze materialen beheersen opdat ze die haar wil uitdrukten.

Dit nieuwe levensspoor resulteerde in een succesvolle carrière. Met haar natuurkijk gevoel voor empathie doorzag ze haar klanten steeds en wist ze die perfect te verrassen met wat ze vanuit natuurlijke aanleg ambieerden. Later zou ze dit talent verder weten te vervolmaken met Estrice’s kennis en ervaring met filters, weet van de kijk van haar klanten op haar werk. Een invoelen van anderen dat ze eigenlijk al beleefde als van nature. Waarschijnlijk een instinct geërfd van haar moeder die zich enige vermaardheid had verworven, en financieel een levenspakket voor meerderen,  met composities naar pré-antieke muziek maar aangepast aan de actuele smaak. Volgens de echte kenners een culturele misdaad maar sinds de uitvinding van kijkcijfers door alle eeuwen nu eenmaal niet ongebruikelijk. Iedere tijd had z’n eigen verhaal en wilde van daaruit ook al het historisch waardevolle beleven. Ook in de kunst was veel creativiteit uitgekomen op eindwaarden, was echte originaliteit nauwelijks nog mogelijk,  waren de huidige uitingen daardoor vooral variaties op oude thema’s. Met weer als kunst die uit de vele millennia op te diepen en aanvoelen van wat daarvan het actueel goed zou doen. Dit talent van haar moeder had te maken met haar filter, had Estrice haar laten zien, een koel bleu met spotten neigend naar doorzichtig. Toen die meende zich een kind te kunnen veroorloven had ze bewust gekozen voor paring met een overeenkomstig filter, zo helder mogelijk blauw, met een zo neutraal mogelijke kijk op de wereld.

 

Estrice leerde ze kennen door Hesta. Met haar kwam ze tot een bijzondere samenwerking. Net als zij mocht ook Estrice niet alleen graag expe­rimenteren maar ook concreet realiseren. En vanuit haar specialiteit, dus met de bouwstenen van de mens, in het bijzonder z’n filters, en dan met die voorkeur voor blauw. Bestudering van de hare toonde niet alleen die erfenis van haar moeder, het puur heldere blauw, maar tevens een neiging naar kleurloos doorzichtig. Dit verleidde beiden tot het moeten van verdere versterking van die tendens, de mogelijkheid daarvan te moeten, en met als resultaat haar dochter Francis.

Es­trice was ook de eerste die ze wist te strikken voor een roedel. Onbewust had ze altijd al graag de baas gespeeld, leiding geven aan anderen. Haar innerlijk nu kennende begreep ze ook waarom. Om die nei­ging optimaal te kunnen bevredigen besliste ze voor die leefgemeenschap. Gericht op de behoefte van vrouwen aan structuur floreerden die het beste rond een dominante vrouw. In Estrice’s kielzog kwam Hesta mee, die eenzaam opgevoed meende sociaal veel te hebben gemist en dit dacht te ambiëren, maar dan graag in haar geboortestreek. Die ook Estrice best spannend leek. Dat werd het ook toen Hesta wist van een oerdegelijke hofstede in het Meijendellse dat leeg liep. En Ishma hierin gezien de ligging en opzet wel perspectieven zag voor haar levensplan. Zo ontstond tien jaar geleden haar roedel met uiteindelijk achttien vrouwen en twaalf kin­deren.

Veel vrouwen kozen voor gezamenlijk leven in dergelijke nesten. Deze verbanden boden een goede ambiance voor het opvoeden van kinderen en hun opvang als ze elders voor hun werk in deeltijd of vertier verbleven. Naar haar heel vroeger varieerden ze van nonnenkloosters tot huizen van plezier. Maar in het algemeen hadden ze het karakter van de toen klassieke familiehuishoudens, en nu van alleen redelijk zelfstandige maar traditioneel ingestelde vrouwen. Een instelling die de keuze voor een plek in het hoge noorden niet stimuleerde en voor de plek van hun keuze geleid had tot die leegloop, een vlucht naar het meer behaaglijke zuiden. Terwijl zij die bij uitstek zagen als passend op hun karakters paste. Het werd een roedel met vrouwen die elkaar grondig actief hielden, een huis van plezier voor fysieke en culturele uitdagingen.

Als inleiding op de restauratie verbouwde ze eerst een overdekte manege tot haar atelier. Daarin zou haar le­vensplan gestalte krijgen. Haar eerste creatie was het atrium voor hun honk. Bij de aankoop had ze al voor ogen hoe ze wel grote maar simpele entree zou transformeren tot een kristal dat al haar kennen en kunnen zou presenteren. Daarin moest zich ook de beleving van hun roedelwezen afspelen. Na haar stage beeldhouwen was ze zich gaan specialiseren in metalen en had ze zich vertrouwd gemaakt met technieken als stansen, smeden, emailleren en etsen. Deze vaardigheid combineerde leuk met haar kennis van de wiskunde. Het atrium werd zo een compositie van ruimten, vlakken en lijnen op mathematische ritmen naar een logische stramien, een uiterst origineel kristal, in- en uitwendig vol verrassingen. Het dak werd gedragen door vier kolommen in een carré van slim gebogen en geknikte me­talen, met ieder zo op eigen wijze een labyrint, waarin verborgen verlichting speelde met geëtste kleurwazen en ingeslepen spiegels. Met als ef­fect dat de zwaarte van de kolommen vervloog in een fontein van licht waarop het mozaïek van het glazen plafond leek te zweven. Deze creaties waren haar overwinningen op de materie. Met dergelijke beschou­wingen op daarvoor ontvankelijke kweks maakte ze reclame voor haar creaties. En niet zonder succes.

De ruimte van het atrium was gevat in het ovaal van een wand met bogen waarop de woonruimten rustten en met er achter een galerij die toegang gaf aan de gemeenschappelijke ruimten van de begane grond. Haar volgende opgave waren de geelkoperen platen aaneengeregen tot een fries boven die bogen. Zesendertig panelen van een bij twee meter bij de bouw bedoeld als uitdaging voor elke generatie bewoners die te voorzien van een beeldverhaal van het hoe en waarom daarvan. Zo vastleggend de bewoning en beleving van deze plek door de tijden heen. In eerste aanleg waren ze alle voorzien van abstracte figuraties van mat en glanzend gepoetste vlakken. Inmiddels waren twaalf van de panelen voorzien van zo’n verhaal. Het was deze fries die haar mede had laten vallen voor dit heim voor haar nest. Met die ingebouwde noodwendigheid haar talenten met metalen daarop te moeten mogen. Tot nu toe was ze vooral nog in haar hoofd met dit verhaal bezig. Met Francis zat haar heden nog vol geheimen.

Haar kennis van natuurkunde paste ze toe in mechanieken die beelden lieten dansen naar zelf bedachte choreografieën op slim uit de natuur gewonnen energie. Deze kunst adverteerde ze onder de noemer ver­edeling van de natuurkrachten. Haar traag op zon, wind of water dei­nende tuinbeelden waren zeer gevraagd. Drie stonden er op hun erf.

Deze kennis paste ze ook toe voor de duurzaamheid van hun hofstede. Zo vergaarde het kristal de warmte van de zomer en sloeg die op in de bodem voor de verwarming in de winter. Door die uitwisseling van grondwater bleven hun verblijven zomers heerlijk koel. Zonnecellen met een aantal door de eeuwen heen ontwikkelde opslag voor elektra voorzagen voor de benodigde stroom.

Haar feilloos aanvoelen van wat klanten mooi vonden, haar talent het kunstverleden origineel te benutten en  haar vakbekwaam­heid maakten haar tot een van de weinigen met een meer dan goed za­kelijk resultaat in het unieke circuit. Gebruikelijk stoelde dit nijver daarin doende zijn vooral op veel ijver en goede bedoelingen en had het daardoor nauwelijks meer dan ei­gen medewerkers, vrienden en kennissen als afnemers. Ishma was een van de uitzonderingen die zich commercieel in dit cir­cuit wist te bewijzen. Inmiddels begreep ze min of meer waarom ze dat talent had. En dat haar dochter dit van haar had geërfd, maar wel nog geavanceerder volgens Esrice. En begreep ze tevens dat dit wel eens oorzaak zou kunnen zijn van haar onrust. Die doorzag ze dan wel maar kon ze nog moeilijk duiden. Mede omdat ze elk gesprek daarover uit de weg ging. Ze was er zelf nog even niet uit, was haar excuus.

Met datzelfde talent had ze zich ook de regie van hun roedel toegeëi­gend. Het was een eerste generatieroedel met de meesten nog actief in de ‘basis’. Gezien hun afgelegen woonoord gingen die voor zo’n drie tot zes weken op en af voor hun werk. Na alle drukte en inspan­ning elders was het dan prettig als een ander had uitgedacht wat je thuis graag te doen had. Met haar inlevingsvermogen regelde zij tot ieders tevredenheid voor deze unieke en eigenwijze vrouwen hun zorgeloos samenzijn op hun heem. Ze wist zich dan ook als chef geaccepteerd.

 

Door Francis had ze met Estrice een bijzondere band, een verhou­ding die tevens niet vrijblijvend was. Tot nu toe was niemand daarvan op de hoogte, hadden ze dit geheim gehouden. Vaders van kinderen hadden recht op anonimiteit.

Sinds Estrice zelfstandig was had ook zij haar werk vooral thuis. Op haar vakgebied kon ook zij het verrassende niet nalaten en bleef ze innovatief bezig. Gezien haar zelfde instelling kreeg ze haar bevindingen geregeld voor commentaar voorgelegd. Daardoor was zij redelijk ingewijd geraakt in de gehei­men van het selectiewerk, en was haar meteen opgevallen dat sinds kort in hun samenzang een valse noot was geslopen, dat Estrice problemen had. Waarmee, dat was haar nog niet duidelijk. Wel begreep ze dat ze haar de tijd moest gunnen er mee in het reine te komen.

Misschien dat hun bezoeker haar daarbij kon helpen, haar gedachten wat zou verzetten. De achtergrond van Burton, dat adelaarsnest met alleen mannen in de bergen, was boeiend genoeg om verder uit te pluizen. En dat was haar best toevertrouwd. Op wat voor lijnen zaten ze met hun zelfhypnose in mannenverbond? Wat waren de frustraties die ze zo maatschappelijk betrok­ken maakten en met belangstelling voor het werk van Estrice? Hij kwam leuk zelfverzekerd, nieuwsgierig en wetenschappelijk geïnteresseerd over. Best interessant om hem in haar atelier verder uit te testen op misschien wel mogelijkheden voor haar. Hij bood diverse perspectieven. Onderweg over smalle paden had ze hem voor zich uit laten lopen. De bulkatten wezen hem wel de weg. De wind in zijn rug blies de regencape strak rond de contouren van zijn gespierde lichaam zodat ze de beheerste beweeg­lijkheid ervan had kunnen bewonderen: een arrogante beval­ligheid die ongetwijfeld veel vrouwen in verwarring bracht. Maar het had ook iets sluipends, als van haar katten, alsof hij een prooi spotte. Zonder aarzeling maar wel waakzaam was hij op weg naar wat ze hem op hun honk te bieden hadden.

Het was zeker niet de eerste keer dat hij ergens werd genood en hij wist dus waarom. Normaal deden ze ge­maakt verveeld als ze werden opgebracht voor wat ze als hun hobby zagen. Hij straalde echter iets van brutale verwachting uit, alsof hij op weg was naar een spannend avontuur. Een dief in de nacht op weg naar zijn buit zou zich net zo bewegen bedacht ze. Eenmaal binnen schudde ze dit gepieker resoluut van zich af. Hij was nu eenmaal zo en behoorde dit niet bij zulke mooi spannende exempla­ren? Estrice zou het wel met hem klaren. Zij selecteerde immers graag op dikke staarten, pure mannelijkheid en dus dominantiedrift, en die haalde zij nu voor haar binnen. Hesta zou zeggen: ‘een bolkopplusvariant en dus riskant, maar wel spannend.’ Toch had hij braaf willen wijken voor de kracht die zij en haar bulkatten uitstraalden. Een verstandig iemand dus, die een stevige aanpak kon waarderen. Maar wel even al­les in details over hem uitzoeken, en ook van zijn vriendjes op die berg. Zaten er bij met een spot? En dan vooral van die Chiavel. haar tegenpool besefte ze ineens.

 

***